Routine voorkomt weerstand

Ons leven zit vol met leuke – maar vooral minder leuke – taakjes. Het kost dan ook flink wat energie om de dag door te komen, vaak om ’s avonds te eindigen met de frustratie dat zowat de helft van de geplande taakjes niet uitgevoerd geraakten. Elk van die acties vraag energie om eraan te denken (en dat vaak vele keren), het in te plannen, je in gang te trekken en het ook daadwerkelijk af te handelen. Heel wat van de energie kruipt dus niet zozeer in het klusje zelf, maar in het overwinnen van de weerstand die je onherroepelijk voelt.  

Afbeeldingsresultaat voor overwhelmed by chores

Ik heb ondervonden dat het helpt om dat soort taakjes onder te brengen in “routines”. Over een routine denk je niet meer na: dat is een immers een gewoonte. Die voer je dus zonder meer uit, zonder te plannen of erover na te denken. Daar voel je ook geen weerstand tegen. Zo heb ik nog maar zelden tegen mijn zin m’n tanden gepoetst of mijn haren geborsteld.

Hoe meer die routines aan elkaar geregen worden, hoe gemakkelijker het wordt. Is dat niet precies waarom we voor jonge kinderen allerlei routines ontwikkelen, zeker bij bedtijd? Om geen gezeur te krijgen en op een fijne manier de dag te kunnen afsluiten?

Afbeeldingsresultaat voor routine

Voor grote mensen geldt dat dus net zo goed J Mijn ochtendroutine op een schooldag gaat bijvoorbeeld als volgt: de kinderen oproepen, opfrissen, aankleden, een wasje insteken en/of te drogen hangen. Even checken of de kinderen ook echt uit bed gekomen zijn en dan het ontbijt klaarzetten, de poezen eten geven en de vaatwas legen. Tegen dan begint het gezelschap aan de ontbijttafel te verschijnen en zorg ik dat elk op tijd op de fiets geraakt of de drukke steenweg veilig oversteekt richting bushalte. Dan de honden uit de bench halen en eten geven, het ontbijt wegruimen en zelf vertrekken (al dan niet met de jongste twee die nog naar school gebracht moeten worden).

Dat alles doe ik elke dag – met lichte variaties, maar vooral: zonder nadenken. ’s Avonds net zo goed: na het avondeten (op weekdagen kookt Dirk) ruim ik af en breng ik de keuken terug aan kant terwijl de kinderen hun “schermtijd” hebben (in de week beperkt tot één uur GSM/computer/gamen). Als de kinderen naar bed gaan (met 5 tieners vraagt dat enig geduld en er zitten sowieso wat tussenpozen tussen hun bedtijden), vouw ik de gedroodge was op, ruim ik de badkamers op, verzamel de vuile was uit de diverse wasmanden en steek een nieuwe wasmachine en/of droogkast in. En tussendoor een babbeltje op de bedrand met wie daar zin in heeft. Dat blijkt het moment dat ze het meest vrijuit over hun emoties en ervaringen praten, dus maak ik daar graag wat tijd voor vrij.

Dat zijn een resem klusjes die elke dag opnieuw de revue passeren zonder er zelfs maar bij na te denken. Geen gezeur, geen frustratie “dat ik het weer zelf moet doen” en geen gevecht tegen mezelf om eraan te beginnen. Op automatische piloot, terwijl ik naar het vrolijke gebabbel van de kinderen luister of een ruzietje in de kiem smoor.

Met professionele klusjes gaat dat net zo goed. Emails werk ik weg als ik ’s morgens vroeg genoeg op kantoor geraak om voor de vergadermarathon nog even orde op zaken te stellen en ’s avonds als de kinderen aan hun huiswerk bezig zijn. Ik ruim het kantoor op wanneer ik voor dag en douw aankom om de files te vermijden. Presentaties en speeches bereid ik onderweg voor – en iedereen die me nodig heeft, kan me bereiken tijdens de file-uren. Zo doe ik met die vele dode uren nog iets nuttigs voor mijn medemens. Ook mijn collega’s weten dat ze dan bij mij terecht kunnen met hun vragen. Op zondagnamiddag, als de dochters naar de chiro zijn, werk ik mijn administratie bij: tijdsregistratie, vergaderverzoeken, onkosten & facturen…

Ik krijg heel vaak de vraag hoe ik er toch in slaag zoveel gedaan te krijgen. Het geheim is niet dat ik stiekem Duracel batterijen in mijn buik heb zitten… Maar wel dat routines de ruggengraat vormen van mijn dagverloop. Ze houden me in het ritme, zodat ik niet in de verleiding kom dat in vraag te stellen. Zodat ik mijn energie kan richten op die dingen die het verschil kunnen maken! En zodat ik er heel af en toe héél erg van kan genieten eens even lekker “puh” te zeggen en een luierdagje te nemen J